vrijdag 08 november 2019
kopfoto_nieuw_decreet_leerlingenbegeleiding_rh.jpg

Nieuw decreet brengt leerlingenbegeleiding dichter bij de leerlingen

Sinds 1 september 2018 is het nieuwe decreet leerlingenbegeleiding van kracht. Het regelt de werking van de CLB’s, de leerlingenbegeleiding op school en de samenwerking tussen beide. Om te weten wat leerlingenbegeleiding allemaal inhoudt en wat er precies is veranderd, trokken we naar het Huis van het GO!. Inge Van Trimpont en Lotte Meulewaeter, respectievelijk directeur en beleidscoördinator van de Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding (POC), lichtten één en ander toe.

Zullen we starten met een definitie van leerlingenbegeleiding?

‘Leerlingenbegeleiding (LLB) omvat de gezamenlijke bijdragen - zowel van de gewone en buitengewone basis- en secundaire scholen als van de Centra voor Leerlingenbegeleiding (CLB’s) - tot de totale ontwikkeling van de leerling. Deze begeleiding focust op het leren en de onderwijsloopbaanbegeleiding enerzijds en op het psychisch en sociaal functioneren en de (preventieve) gezondheidszorg anderzijds. Leerlingenbegeleiding helpt jongeren hun leven zelf in handen te nemen zodat ze maximaal kunnen participeren aan de maatschappij.’

Hoe organiseert het GO! dit in de praktijk?

‘Leerlingenbegeleiding gebeurt in eerste instantie zo dicht mogelijk bij de leerling: in de school zelf dus. Die organiseert daarvoor een zorgbeleid, samen met het CLB. Dit gebeurt binnen de scholengroep, onder leiding van de Raad van Bestuur. Het zorgbeleid bestaat uit leerlinggerichte ondersteuning. Daarbij kan de school een beroep doen op een Ondersteuningsnetwerk Centrum, dat verschillende expertises inzake specifieke onderwijsbehoeften ter beschikking stelt. Scholen kunnen ook terecht bij de Pedagogische Begeleidingsdienst. Deze ‘PBD’ zet zeer gericht in op leerlingenbegeleiding, door middel van professionaliseringsinitiatieven en verandertrajecten. Ook het CLB staat de school hierin bij of verwijst door naar externe hulp. CLB’s kunnen voor ondersteuning en professionalisering op hun beurt terecht bij de Permanente Ondersteuningscel (POC). Boven dit alles staat de Raad van het GO! die onder meer verantwoordelijk is voor het pedagogisch project van het GO!. De Raad waakt nauwlettend over onze neutraliteit, kwaliteit en holistische visie. Het GO! benadert immers elk kind als één geheel. Van daaruit moet het alle middelen krijgen om zijn doelen optimaal te bereiken.’

Inge_Van_Trimpont_rh.jpg

Inge Van Trimpont, directeur van de Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding

Bestaat leerlingenbegeleiding al lang?

‘Al heel lang! Het begon allemaal begin vorige eeuw, na WO1 toen er grote nood was aan geschoolde arbeidskrachten. Deze hadden alle belang bij een goede beroepsoriëntering én medisch toezicht, gezien de vele ziektes die de periode kenmerkten. De pre-millennium generaties kennen ongetwijfeld nog de PMS-centra (psycho-medisch en sociale centra) en het verplichte jaarlijkse ‘medisch toezicht’. Pas in 2000, na de fusie met de Centra voor Medisch schooltoezicht, kregen de PMS-centra de huidige naam CLB (Centrum voor leerlingenbegeleiding).’

Wat is er door het nieuwe decreet precies veranderd?

‘Vandaag de dag kampen scholen steeds meer met moeilijk gedrag, spijbelen, matige leermotivatie, onvoldoende keuzebekwaamheid, leerproblemen enzovoort. Met het nieuwe decreet wil de overheid leerlingenbegeleiding nog dichter bij de leerlingen brengen. Hoe? Door tools aan te bieden waarmee het beleid ter zake nog beter kan worden afgestemd op de actualiteit. Zo kunnen de diverse problemen ook zo preventief mogelijk worden opgevolgd. De belangrijkste vernieuwing daarbij is dat het zorgbeleid een erkenningsvoorwaarde is geworden voor elke school. De scholen zijn met andere woorden verplicht om zelf een beleid uit te schrijven rond leerlingenbegeleiding én het te integreren in hun werking. De overheid houdt daar voortaan ook toezicht op.’

‘Het nieuwe decreet definieert ook veel duidelijker de actoren en het kader waarbinnen alle spelers kunnen werken. Het zorgcontinuüm speelt hierin een centrale rol en heeft de samenwerking tussen school en CLB verankerd. Zo moet een school in het secundair onderwijs voortaan een leerlingenbegeleider aanstellen. Deze staat zowel in voor de ‘Brede Basiszorg’ (voor alle leerlingen) als voor de ‘Verhoogde Basiszorg’ (voor leerlingen die een gedifferentieerde aanpak nodig hebben). In termen van het zorgcontinuüm houdt de school met andere woorden de touwtjes in handen wat fase 0 en fase 1 betreft. Het CLB neemt sinds het nieuwe decreet de regie over vanaf de ‘Uitbreiding van de zorg’ (fase 2).’

quote icoon

Het zorgbeleid een erkenningsvoorwaarde is geworden voor elke school.

Bent u tevreden over de nieuwe leerlingenbegeleiding?

‘Zeker. Nu de rol van school en CLB hierin duidelijker omlijnd zijn, staat leerlingenbegeleiding weer een stuk dichter bij de leerlingen. Wij geloven dan ook sterk in de nieuwe aanpak! Maar zoals steeds is er een keerzijde aan de medaille. Aangezien de school verantwoordelijk is voor fase 0 én fase 1 van het zorgcontinuüm worden leerlingen met nood aan uitgebreide zorg niet altijd tijdig doorgestuurd. Ook het chronisch tekort aan middelen waarmee scholen en CLB’s kampen, bemoeilijkt onze werking. Willen we, ook in de toekomst, samen kansen blijven creëren voor onze leerlingen, dan is er dringend nood aan een stevige injectie van middelen in de zorg binnen het onderwijs!’

‘Een zeer positieve ontwikkeling inzake leerlingenbegeleiding is dan weer de inzet van de digitale media. Ook dat brengt het CLB dichter bij de leerlingen. Wie wil, kan immers elke avond (behalve op vrijdag) én op woensdagnamiddag zelf met het CLB online chatten. Naar de toekomst toe zijn we ook al volop bezig met onze ‘blended CLB’, dat online hulpverlening biedt.’

Lotte_Meulewaeter_rh.jpg

Lotte Meulewaeter, beleidscoördinator van de Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding

quote icoon

Onze leerlingenbegeleiding helpt jongeren hun leven zelf in handen te nemen.

— Inge Van Trimpont en Lotte Meulewaeter, respectievelijk directeur en beleidscoördinator van de Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding (POC)

Waarin verschillen de taken en verantwoordelijkheden van een leerlingbegeleider en een CLB-medewerker?

‘De leerlingenbegeleider stippelt voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften, ontwikkelings- of leerproblemen een weg uit om meer zorg op maat te krijgen. Hoe hij of zij dat doet, wordt bepaald door de schoolse context en de specifieke noden van de individuele leerling. De CLB-medewerker heeft, naast zijn ondersteunings- en adviesfunctie, ook een signaalfunctie. Als bijvoorbeeld blijkt dat er opvallend veel pestproblemen bij het CLB worden gemeld over eenzelfde school, wordt de school hiervan op de hoogte gebracht. Het aspect geheimhouding maakt hier het verschil! Leerlingenbegeleiders hebben ambtsgeheim. Dit is een discretieplicht die hen verbiedt vertrouwelijke informatie over leerlingen of hun ouders door te vertellen aan derden buiten de schoolcontext. Tussen collega’s mag er wel informatie uitgewisseld worden als deze relevant is in het belang van de leerling(en). CLB-medewerkers daarentegen hebben beroepsgeheim. Dit is een zwijgplicht omtrent vertrouwelijke informatie die de hulpvrager hun individueel heeft toevertrouwd. Alleen in het belang van de leerling en van de veiligheid van de school mogen ze het betrokken schoolpersoneel inlichten. Het beroepsgeheim is bovendien strafrechtelijk geregeld en wordt bij overtreding gesanctioneerd. De CLB-medewerker vertrekt dus meer vanuit het perspectief van de hulpverlener, terwijl de leerlingenbegeleider als schoolinterne actor eerste lijnsopvang verzorgt.’

Ontvang het "Helemaal GO!"-magazine in je mailbox.

Laden...