donderdag 21 december 2023

Crisis in jeugdhulp voelbaar tot in scholen

Uit een Panoreportage (van 20/12) blijkt dat twee derde van de jeugdhulpvragen onbeantwoord blijft. Bruno Vanobbergen, administrateur-generaal bij Opgroeien (het agentschap bevoegd voor jeugdhulp en crisisplaatsen) wijst daarin met de vinger naar scholen, kinderopvang en jeugdwerk. Maar het is niet de vroegdetectie die faalt, de bottleneck zit wel degelijk bij de (beschikbaarheid van) jeugdhulpverlening zelf. De CLB's van het GO! roepen het Agentschap Opgroeien daarom nogmaals op om, in lijn met hun kernopdracht, in de eerste plaats te zorgen dat jeugdhulpverlening beschikbaar is én tijdig en gepast wordt opgestart.

Verdrietig Meisje Met Hand Van Volwassen Vrouw Op Schouder

Een Panoreportage brengt de malaise in beeld die al jaren ettert in de crisisjeugdhulp. Wat hier bovenkomt, is het topje van de ijsberg. Eronder zit een intensieve, preventieve samenwerking tussen Centra voor Leerlingenbegeleiding (CLB’s) en schoolteams die zich dubbelplooien om de vele vragen, signalen en noodkreten van leerlingen en internen te beantwoorden. De CLB’s, die zich uitdrukkelijk als preventieve dienst dichtbij leerlingen, ouders en scholen situeren, hebben hun handen vol met intensieve trajecten rond verontrustende thuissituaties en crisisjeugdhulp.

Het is dan ook verbazingwekkend dat Bruno Vanobbergen, administrateur-generaal bij Opgroeien (het agentschap bevoegd voor jeugdhulp en crisisplaatsen) in de Panoreportage met de vinger naar scholen, kinderopvang en jeugdwerk wijst1. Hij noemt de jeugdhulpcrisis een “wake-up call” voor hen om aandacht te hebben voor de signalen die kinderen en jongeren uitsturen en om gepast te reageren zodat situaties niet escaleren. Dat getuigt van bijzonder weinig erkenning voor of kennis over het werk dat onderwijsprofessionals in schoolteams, internaten en CLB’s dagelijks verzetten.

Op die manier schuift Vanobbergen zijn eigen verantwoordelijkheid van zich af, terwijl CLB’s en scholen deze opdracht al meer dan behoorlijk vervullen. Het CLB heeft deze leerlingen vaak al vroeg op de radar. In nauwe samenwerking met schoolteams zetten CLB’s volop in op vroegdetectie en begeleidingstrajecten. Slechts een fractie van deze leerlingen wordt uiteindelijk toegeleid naar de jeugdhulp, waar rondjes aanmeldprocedures, eindeloze netwerken en lange wachtlijsten hen tegemoetkomen. Het klopt dat situaties vaak escaleren wanneer de leerling (en/of zijn gezinscontext) wacht op hulp, wat opnieuw een grote impact heeft op de onderwijsloopbaan van de leerling en de draagkracht van de school.

De cijfers zijn van dien aard dat de eigen kernopdrachten van de CLB's zwaar onder druk staan. Dit wordt bevestigd in de cijfers uit het vorig jaarverslag van de CLB-sector: in 2021-2022 werden 10.646 leerlingen in verontrustende situaties door een CLB begeleid2. Hiernaast werden 29.453 leerlingen begeleid in het kader van problemen thuis. Het jaarverslag 2022-2023 volgt in het voorjaar, maar de trend lijkt zich alvast door te zetten.

Uit de Panoreportage blijkt dat twee derde van de hulpvragen onbeantwoord blijft. Niet de vroegdetectie faalt, de bottleneck zit wel degelijk bij de (beschikbaarheid van) jeugdhulpverlening zelf. De CLB's van het GO! roepen het Agentschap Opgroeien nogmaals op om, in lijn met hun kernopdracht, in de eerste plaats te zorgen dat jeugdhulpverlening beschikbaar is én tijdig en gepast wordt opgestart. De CLB’s nemen hun verantwoordelijkheid voor het preventief en proactief werken binnen de onderwijscontext. Zij zijn wakker.

Contact

Lotte Meulewaeter, directeur Permanente Ondersteuningscel GO! CLB's, 0497 88 64 51 

________________________
1 Bron: VRT-nieuws  
2 Bron: Jaarverslag CLB-sector schooljaar 2021-2022. 

Persverantwoordelijke

David En Nathalie 00

Nathalie Jennes & David Janssens

02 790 95 35

persdienst@g-o.be

Inclusie

kinderopvang.jpg
  • Het is de maatschappelijke opdracht van onderwijs om elk kind een optimale ontwikkeling te bieden in functie van maximale maatschappelijke participatie.

  • ‘Niet meer denken: wat is er met deze leerling aan de hand, maar denken: wat heeft deze leerling nodig?’.

  • Inclusief onderwijs is geen doel op zich, het is een middel om te komen tot een inclusieve samenleving.

  • Een strikt onderscheid tussen gewoon en buitengewoon onderwijs is een hindernis om inclusief onderwijs te realiseren.

Lees meer over Inclusie